Project Oog voor Naasten en Nabestaanden: Rouw en Nazorg
Het uitblijven van rouwzorg kan tot problemen in de rouwverwerking leiden. Samen met de mantelzorger, naasten en (eventueel) vrijwilligers hebben zorgverleners de best mogelijke zorg verleend, ze zijn intensief samen opgetrokken in een gezamenlijk doel, en na overlijden is het ineens ‘oorverdovend stil’. In veel organisaties is rouwzorg niet structureel deel van het zorgaanbod, terwijl het wel wordt gezien als belangrijk onderdeel van palliatieve zorg.
Hoewel rouw een natuurlijk proces is en in die zin niet behoort tot het domein van de zorg (het is tenslotte geen ziekte), kunnen zorgverleners een belangrijke rol spelen in het ondersteunen bij het rouwproces. Zo kunnen zij bijvoorbeeld informatie geven over het proces van rouw en waar gewenst doorverwijzen naar maatschappelijke instanties en lokale initiatieven gericht op lotgenotencontact. Door korte ‘vinger aan de pols’ contacten op gezette tijden waarin een gesprek wordt aangeboden aan naasten en nabestaanden, wordt rouwzorg een geïntegreerd onderdeel van de palliatieve zorg.

 

In dit project wordt een Werkboek met leidraad en Hulpmiddelen bij het werkboek Rouwzorg ontwikkeld dat zorgverleners handvatten geeft om rouwzorg te verlenen. Hierbij is aandacht voor zowel anticipatoire rouw, evaluatie van zorg, mogelijkheden voor ondersteuning als ook toekomstgericht het leven weer oppakken. Het werkboek met leidraad wordt geïmplementeerd doorj huisartsenpraktijken, thuiszorgorganisaties, ziekenhuizen, woonzorgcentra en vrijwilligersorganisaties in het Consortium palliatieve zorg Noord Holland en Flevoland.

 

Op basis van de evaluatie zullen het Werkboek en de Hulpmiddelen aangepast worden.